Geen excuus om betaling op g-rekening uit te stellen
Als een uitlener van personeel toestaat dat de inlener zijn verschuldigde betaling stort op de g-rekening van de uitlener, mag die inlener zijn betaling in principe niet opschorten.
Een bv stelt in de periode van januari tot en met juli 2019 Poolse arbeidskrachten ter beschikking aan een bedrijf. Dat bedrijf laat de ingeleende arbeidskrachten dakbedekkingen leggen. De bv brengt het bedrijf een vergoeding in rekening voor het ter beschikking stellen van de arbeidskrachten. Maar het bedrijf betaalt slechts een deel van het factuurbedrag. De bv sommeert het bedrijf dan ook om het resterende bedrag van € 65.640 te betalen. Omdat aanmaningen niet helpen, start de bv een beroepsprocedure bij de voorzieningenrechter. Dit leidt ertoe dat de bv conservatoir beslag mag leggen. Het bedrijf is het daar echter niet mee eens en procedeert voor Rechtbank Overijssel.
Het bedrijf geeft voor de rechtbank aan te vermoeden dat de bv haar Poolse arbeidskrachten zwart uitbetaalt. Daardoor vreest het bedrijf dat de fiscus de verschuldigde loonbelasting zal naheffen bij het bedrijf als inlener van personeel. De inlener wil de facturen daarom pas voldoen als de bv een verklaring betalingsgedrag van de Belastingdienst overlegt. De rechtbank gaat hierin niet mee. Bij het aangaan van de overeenkomst van terbeschikkingstelling hebben de partijen niets afgesproken over de loonheffing. Zij zijn ook niet overeengekomen dat de inlener een verklaring betalingsgedrag kan eisen. Bovendien staat de bv toe dat de inlener de factuurbedragen stort op de g-rekening van de bv. Op die manier is het bedrijf gevrijwaard voor de gevolgen van een eventuele naheffing van loonbelasting. De rechtbank komt daarom tot het oordeel dat de inlener de verschuldigde betaling niet mag opschorten.
Bron: Rb. Overijssel 10-11-2021 (gepubl. 24-11-2021)