Prejudiciële vragen over wijziging partnerverdeling box 3 na collectieve uitspraak massaal bezwaar
De rechtbank Den Haag vraagt de Hoge Raad of fiscaal partners na een collectieve uitspraak in de massaalbezwaarprocedure box 3 nog hun onderlinge verdeling van de grondslag sparen en beleggen mogen wijzigen, nu de gevolgen van die uitspraak pas later duidelijk worden.
Een man en zijn partner hebben in hun aangifte inkomstenbelasting 2017 een verdeling van de grondslag sparen en beleggen gekozen. Nadat hun aanslagen onherroepelijk zijn geworden, volgt het Kerstarrest van de Hoge Raad en krijgen zij via de massaalbezwaarprocedure rechtsherstel. Pas bij de cijfermatige uitwerking van dit rechtsherstel blijkt welke verdeling voor hen het meest gunstig is. Op dat moment willen zij de verdeling aanpassen, maar volgens de letter van de wet kan dat niet meer omdat hun aanslagen al onherroepelijk vaststaan. De inspecteur wijst hun verzoek tot wijziging af. Het geschil draait om de vraag of partners in deze situatie alsnog de verdeling mogen wijzigen.
Beperking wijzigingsmogelijkheid na collectieve uitspraak De rechtbank constateert dat volgens de tekst van art. 2.17, vierde lid, Wet IB 2001, wijziging van de partnerverdeling niet meer mogelijk is zodra beide aanslagen onherroepelijk zijn. Bij een collectieve uitspraak in de massaalbezwaarprocedure gebeurt dit vaak voordat belastingplichtigen weten welke verdeling het gunstigst is, omdat de cijfermatige uitwerking pas later volgt. De rechtbank signaleert dat dit slecht aansluit bij het doel van de wet, namelijk partners tot het laatst mogelijke moment een optimale verdeling laten kiezen. In de parlementaire behandeling is deze situatie niet voorzien.
Twijfel over uitleg wet en prejudiciële vragen Omdat de wet mogelijk niet voorziet in deze situatie en er veel procedures lopen over het rechtsherstel box 3, legt de rechtbank Den Haag prejudiciële vragen aan de Hoge Raad voor. De centrale vragen zijn of partners na een collectieve uitspraak hun verdeling alsnog mogen wijzigen als de gevolgen van die uitspraak pas later duidelijk worden, en zo ja, tot wanneer dat mag. De rechtbank houdt de zaak aan in afwachting van het antwoord van de Hoge Raad.
Bron: Rb Den Haag 27-05-25 (gepubl. 18-06-25).
- Afschrijvingsbeperking gebouwen geldt ook voor zonnepanelen woningcorporatie
- Schending verdedigingsbeginsel vanwege ontbreken gelegenheid om gehoord te worden
- Geen fiscale eenheid omzetbelasting en geen aftrek voor certificaathouder zonder stemrecht
- Geen vergrijpboete voor ex-bestuurder voetbalclub wegens ontbreken feitelijk leidinggeven
- Ondernemers ontvingen te veel NOW-steun door strategisch gedrag