Navigatie overslaan

Deze website maakt gebruik van cookies voor een optimale gebruikersbeleving. Lees onze cookieverklaring

aug 09, 2022

Na overmachtssituatie blijft te late aanvraag NOW-3 te laat

De minister van Sociale Zaken mag een te laat verzoek om inkomensondersteuning op grond van de NOW-3 weigeren. Dat geldt ook als de werkgever een beroep doet op een overmachtssituatie en die situatie vóór 14 maart 2021 al voorbij was.


Een stichting die een veerdienst exploiteert, dient op 19 mei 2021 een aanvraag in voor inkomensondersteuning op grond van de Derde tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW-3), vierde tranche. Zij is echter te laat met haar aanvraag. Om op tijd te zijn, heeft zij haar aanvraag moeten indienen in de periode van 15 februari 2021 tot en met 14 maart 2021. Toch meent de stichting recht te hebben op de tegemoetkoming. Zij motiveert dat het mislopen van de inkomensondersteuning grote financiële gevolgen voor haar heeft. Daarnaast voert de stichting aan dat zij medio december 2020 in een overmachtssituatie is beland. De oorzaak is het arbeidsongeschikt raken van haar (financieel) administratrice in combinatie met het onverwachte overlijden van de directeur-bestuurder. Per 1 januari 2021 heeft bovendien een wisseling van accountant plaatsgevonden. Daardoor heeft de stichting ineens niemand meer met kennis over de financiën van de stichting. De interim-administrateur moest daardoor grote achterstanden wegwerken.
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wijst de aanvraag van de stichting toch af. De stichting gaat in beroep, maar de rechtbank oordeelt dat de afwijzing terecht is. De wetgever heeft nadrukkelijk bepaald dat de minister een aanvraag moet afwijzen als deze te laat is ingediend. De achterliggende gedachte is dat de NOW een noodmaatregel is met een grove werking. Daardoor is in korte tijd een grote hoeveelheid aanvragen geautomatiseerd te verwerken. Dat maakt levering van maatwerk slechts in zeer beperkte mate mogelijk. Vervolgens beaamt de rechtbank dat de stichting in een overmachtssituatie is beland. Die situatie is echter niet blijven bestaan tot 14 maart 2021. De interim-administrateur moet bovendien bekend zijn geweest met de voorwaarden van de NOW-3.

Bron: Rb. Oost-Brabant 03-08-2022 (gepubl. 04-08-2022)